Gaat je kind lastig slapen? Deze 6 ‘slaapfouten’ maken veel ouders

Je wilt niets liever dan dat je baby lekker slaapt, maar als ouder betekent dat soms ook dat je dingen doet die opvoedkundig gezien eigenlijk niet heel slim zijn. Wij zetten de zes meest gemaakte slaapfouten voor je op een rij.

Soms heb je haast of ben je moe, en wil je gewoon dat je kind gaat slapen. Sommige van onderstaande valkuilen zijn dan misschien heel aantrekkelijk. Toch kun je deze slaapfouten met het oog op de lange termijn beter skippen.

Slaapfouten die ouders maken

Aan welke van deze slaapfouten brand jij je vingers weleens?

1. Het slaapritueel overslaan

Baby’s houden van rust en regelmaat. Net als een peuter en zelfs als volwassene, is het daarom fijn voor je baby om een vaste routine te hebben als het bedtijd is. Zo bereid je hem voor op zijn dutje. Dit kan zo simpel zijn als even knuffelen, pyjama aan doen en voorlezen. Je kind zomaar in bed leggen en verwachten dat hij vanzelf rustig wordt en gaat slapen, loopt vaak niet goed af.

2. Teveel stimuleren als het bedtijd is

Het ziet er natuurlijk wel gezellig uit, allemaal knuffels en een mobiel boven je kind zijn bed. Maar echt rustgevend is het niet. Vaak heeft een mobiel veel felle kleuren en spannende vormen, waardoor je baby de rust niet kan vinden om te gaan slapen. Zorg daarom voor een donkere kamer, vermijd afleiding en speel voor het slapengaan niet te druk met hem. Heeft je kind toch moeite om rustig te worden? Probeer dan eens Kindival tabletten van VSM Kind.

3. Te laat naar bed

Breng je je baby pas naar bed als hij gaat gapen of in zijn ogen wrijft, dan is het eigenlijk al te laat. Een slaapschema brengt je baby’s dutjes in een duidelijk ritme, waarbij hij altijd genoeg slaap krijgt. Ook al denk je dat je baby wel dat kwartiertje op kan blijven met visite, zal je merken dat het voor hem echt verschil maakt. Vaak is je baby dan oververmoeid en kan hij moeilijk in slaap komen. Dat weer tot gehuil en onrust leidt.

4. Vertrouwen op trucjes

Bijna alle baby’s zijn er gek op: rustgevend gehobbel. De kinderwagen, wiegen in je armen of een autoritje doen het goed. Toch mag je hier niet op vertrouwen om je kind in slaap te krijgen. De slaap die hij namelijk krijgt als hij beweegt, kun je vergelijken met slapen in een vliegtuig. Het is geen diepe slaap, waardoor je kind minder uitrust. Troost daarom je kind en probeer hem rustig te krijgen met wiegen. Maar laat hem uiteindelijk in zijn eigen bed in slaap vallen.

5. Te snel naar een groot bed verhuizen

Er is geen specifieke leeftijd waarop je je kind het beste naar een groot bed kunt verhuizen. Vaak gebeurt dit vanwege praktische redenen, zoals een tweede kind of een verjaardag waarna je denkt dat je kind hieraan toe is. Maar als je kind gaat spoken door zijn kamer, niet kan slapen of heel vroeg wakker is, ben je waarschijnlijk te snel geweest. Het is geen schande om dan weer terug te schakelen naar de oude slaapsituatie als dit rustige nachten voor je kind betekent.

6. Niet consequent zijn

Moet je je kind middenin de nacht telkens terug naar bed brengen? Dan zwicht je misschien een keer en laat je hem tussen jullie in slapen. Ach, maar voor die ene keer… toch? Nee dus. Als je eenmaal hebt toegegeven, zal je zien dat je kind blijft terugkomen naar dat warme, grote bed. Blijf dus consequent en vertel je kind duidelijk dat het tijd is om te gaan slapen en wel in zijn eigen bed. Als je kind de luxe van samen slapen gewend was, kun je rekenen op wat verzet, dus houd vol!

10x babyslaaptips voor oververmoeide (nieuwe) ouders