Peter: ‘Winterport met twee kleine kinderen vereist soms militaire precisie qua planning en uitvoering’
Columnist Peter (34) is man van Katharina en vader van Robert en Jack. Bij de geboorte van zijn oudste zoon Robert kwam het zo uit dat hij thuis blijft met de baby: de beste beslissing die hij ooit genomen heeft. Hij vertelt graag over de niet-alledaagse rolverdeling bij hem thuis.
Column: De wintersport
Terwijl kleine Jack zijn middagslaapje doet en grote broer Robert samen met mama de nieuwe skischoenen aan het uitproberen is, schrijf ik deze column met uitzicht over de besneeuwde Zwitserse Alpen. Er zijn slechtere plekken om te werken moet ik zeggen.
Wij gaan elk jaar traditiegetrouw rond de jaarwisseling op wintersport. Dankzij goede connecties in Zwitserland gaan we altijd naar het zelfde huis in hetzelfde dorp. Heerlijk een weekje in de sneeuw met schone lucht en ver weg van werk, school, bakfietsen en dagelijkse rompslomp. Maar winterport met twee kleine kinderen vereist soms militaire precisie qua planning en uitvoering. Want ondanks het feit dat we het elk jaar doen, het is niet zo dat we ‘even’ in de auto stappen en we bloemetjesfris aankomen.
Allereerst helpt het om een aantal basiszaken in order te hebben. Goede winterbanden voor de auto, genoeg ruitenwisservloeistof, drupje olie erin en wellicht een keertje door de wasstraat zorgen al voor een sterke start. Maar ook iets minder voor de hand liggende dingen zoals het checken van je noodnummers, een goede eerste hulp kit en een extra setje thermo-dekens en kaarsjes zijn van belang. Het zal je namelijk maar gebeuren dat je ingesneeuwd langs de weg staat midden in de nacht of het nummer van je sleepdienst niet kan vinden..
Wij hoeven gelukkig de meeste ski-spullen niet in de auto mee te nemen, want die staan permanent in Zwitserland. Maar de hoeveelheid kleren, speelgoed, tassen, luiers en knuffeldieren die elk jaar weer acherin moet, blijft me toch iedere keer weer verbazen. Inpakken doe ik, omdat ik dat nou eenmaal efficienter kan dan mijn vrouw, en doorgaans heb ik alles al een dag van te voren in de auto liggen.
Met de kofferbak dicht, is er natuurlijk nog de snackmand die de autorit kan maken of breken. Onze kleine mannen roepen al ‘HONGER!’ voordat de motor gestart is, dus voldoende proviant is voor ons essentieel. De snacks kopen doe ik samen met Robert van bijna 5 jaar, want dat is heel belangrijk werk en hij neemt het ook erg serieus. Samen selecteren we de juiste koekjes (van Paw-Patrol dit jaar), de correcte hoeveelheid wortels, komkommers en paprika en natuurlijk de juiste mix van nootjes, mini-kaasjes, pretzels en salami sticks. We houden de hoeveelheid zoetigheid altijd zoveel mogelijk binnen de perken, want vastgestrapt in de kinderstoel is dat meestal geen recept voor veel geduld en gezelligheid.
Met de auto vol, de snacks in de aanslag en de navigatie op bestemming Zwitserland is het dan eindelijk tijd om van start te gaan. Wij doen het de laatste jaren zo dat we op vrijdag na het avondeten weggaan. Dan ongeveer 600 kilometer rijden tot een hotel waar we een nachtje slapen en dan ‘s morgens op ons gemak kunnen ontbijten. Op zaterdag rijden we dan nog iets meer dan 300 kilometer met een stukje tunnel, berg op en af en wat slingerwegen tussendoor, dus dat is wat spannender dan alleen maar snelweg. En met wat sneeuw en bergen op de achtergrond ook een stuk beter te verteren voor de jongens die echt het gevoel van een avontuur hebben. Op deze manier geen snelweg-stress, file-leed, gemiste aansluitingen of oververmoeid aankomen. Het kost een overnachting, maar het is de extra rust zeer zeker waard.
Als we dan eenmaal met de gondel de berg omhoog zijn gegaan en met de snowmobile-taxi alles bij het huis hebben afgeleverd, is het tijd om te settelen en uit te blazen – de reis zit er weer op. Als de eerste raclette op tafel staat is het het allemaal wel waard, maar het blijft een hele onderneming voor een weekje in de sneeuw. Gelukkig worden de jongens elk jaar ietsje flexibeler en meewerkender, dus het is op zich prima te doen met een beetje geduld en vooral realistisch blijven over wanneer het tijd is voor een kleine pauze langs de snelweg. Dankzij de 2 dagen die we nemen om op de bestemming aan te komen, hebben we hier gelukkig tijd genoeg voor.
Over een weekje doen we het allemaal nog een keer in omgekeerde volgorde op de weg terug en gelukkig heb je dan 2 weken later nog wat extra napret wanneer de afschrift van de creditcard binnenkomt. Maar voor nu zitten we tot ons middel in de sneeuw, dus laat de sneeuwpret maar komen!
Meer columns lezen van Peter? Dat kan hier!