Sandra: ‘Met drie jaar en drie maanden mag de dreumes weer naar het consultatiebureau’
Sandra is getrouwd en moeder van een jongetje van 6 en meisje van 3. Werkt als tekstfreelancer en is dol op boeken. Is ontzettend blij met haar flexibele werk waardoor ze ook veel tijd voor haar gezin heeft.
Column: Oogtest: rara, wat zie je hier?
Met drie jaar en drie maanden mag de dreumes weer naar het consultatiebureau. Weer wat blokjes stapelen. Linkerhand. Rechterhand. Een streep natekenen. ‘Kun je ook al een rondje maken? Wat goed van jou!’
Praat ze al?
Het gaat niet heel anders dan de vorige keer. Dochtertje vindt alles prima en bouwt het treintje en het bruggetje met gemak na. ‘Praat ze ook al een beetje?’ vraagt de arts.
Er komen al hele verhalen uit, sommige beginnen met ‘Eigenlijk…’, ze kletst de oren van mijn hoofd en kan heel veel ook best goed uitleggen. ‘Ja, hoor, ze praat prima,’ zeg ik. Alleen nu even niet. ‘En stelt ze ook al waarom-vragen?’ vraagt de arts, het volgende punt op de lijst afvinkend. ‘Nee, die fase hebben we al een tijdje weer gehad, geloof ik.’
Wat zie je hier?
Veel schokkends gebeurt er niet, en De Prik komt pas volgend jaar weer. Wel staat er nog een ogentest op het programma. We hebben van het CJG een boekje opgestuurd gekregen met de plaatjes erin, om thuis te oefenen. Zodat de kinderen de plaatjes al eens gezien hebben, is het advies. En dat is eigenlijk maar goed ook. Want bij sommige plaatjes is het echt gokken wat het voorstelt.
‘Gans,’ zegt dochtertje thuis stellig. ‘Eend,’ zegt haar vader. ‘Misschien is het wel een zwaan,’ stel ik voor.
Met de hond/tijger/leeuw gaat het net zo. En onder de ouderwetste klok staat een figuur waar we ook niet helemaal uitkomen. Dochtertje aarzelt een hele poos. ‘Kerk,’ zegt ze dan maar. Haar drie jaar oudere broer houdt het op ‘gebouw met een raar rond ding erop’. Als ik mijn ogen toeknijp, zou ik er een ouderwetse sleutel in kunnen zien – maar die herkennen de kinderen nauwelijks.
Geen fout antwoord
We vinden het vooral grappig dat je er meerdere dingen in kunt zien. Want het maakt ook helemaal niet uit hoe je het noemt, stelt het CJG. Als het kind bij de laars ‘schoen’ zegt, is dat niet fout. Mits het maar elke keer ‘schoen’ zegt. Of steeds hetzelfde fantasiewoord, dat is ook goed. (Ik vraag me af of het ook goed is als ze bij elke vlag ‘koe’ zegt, of bij de auto steevast ‘frikadel’ giechelt. Maar we proberen het maar niet uit.)
Foute antwoorden bestaan dus eigenlijk niet, als het kind maar laat merken hetzelfde plaatje te zien als een regel eerder. Gelukkig gaat dat mijn dochter goed af. Je gaat soms twijfelen, als je ziet hoe graag ze zo dicht mogelijk bij de tv zitten. Ik draag zelf sinds mijn tiende een bril, dus ik ben blij dat het allemaal in orde is.