Je scheren down under: is dat wel zo hygiënisch?
Jaren geleden was het niet anders dan normaal om de boel te laten staan in de schaamstreek, tegenwoordig bepaalt iedereen zelf wat-ie normaal vindt. Een driehoekje, landingsbaan, een volle bos, netjes getrimd of helemaal kaal. Degenen die hun schaamhaar helemaal wegscheren, doen dat vooral omdat het volgens hen netter zou staan én hygiënischer zou zijn. Maar is dat wel zo?
We kunnen over het antwoord heel kort zijn: er is helemaal geen bewijs dat het scheren van je schaamhaar hygiënischer zou zijn. Sterker nog, het zou juist hygiënischer zijn om je schaamhaar te laten staan. Zo zit het:
Natuurlijke bescherming
Schaamhaar volgt namelijk een natuurlijke bescherming. Scheer je het weg, dan kan het zorgen voor irritatie, en dat kan weer leiden tot een ontstoken huid. Op zijn beurt geeft het infecties en bacteriën een vrij spel, en dat wil je natuurlijk niet.
LEES OOK: ‘Flamoes’ en 31 andere termen voor het vrouwelijke geslachtsorgaan
Wie ook eenmaal begint met scheren, blijft bezig. Om de huid glad te houden, moet je namelijk regelmatig scheren. En dat irriteert de huid van het al eerder geschoren (of gewaxte) gebied nóg meer. Daar komt bij dat het daar onder natuurlijk warm en vochtig is: het is een ideale locatie voor bacteriën.
Tuurlijk is het niet alleen maar nadelig als je je schaamhaar wegscheert. Het zorgt er namelijk ook voor dat de kans op schaamluizen veel kleiner is. Good to know: schaamluizen komen maar heel weinig voor, dus of het opweegt tegen de nadelen is iets dat je zelf moet bepalen.
LEES OOK: De boel wassen down under: hoe zit dat nou écht?