15 tips voor je moeilijk etende baby van een kinderdiëtiste

Baby Redactie 5 jan 2018
Leestijd: 9 minuten

Inge heeft een baby die alleen maar lacht, behalve wanneer het etenstijd is. Dan komt de pruillip naar voren. Dus besluit Inge een kinderdiëtiste te bellen voor advies over haar moeilijk etende baby en deelt ruimhartig haar bevindingen op Famme.

Twee weken geleden postte ik op Facebook een paar foto’s waarop onze dochter breeduit lachend stond. Op welgeteld elke foto. Eronder schreef ik de tekst: ‘Onze dochter vindt alles heel erg grappig.’

Daar had een komma achter gemoeten, en eigenlijk nog één foto. Namelijk van het moment dat we haar ‘s avonds haar groentehap voorzetten. Dan lacht ze namelijk beduidend minder breeduit. Sterker nog: het is elke avond een behoorlijk gestoei om er een paar happen wortel, courgette en boontjes in te krijgen. Maar ja, ik zet natuurlijk niet op Facebook: ‘Onze dochter is een moeilijk etende baby.’

We vragen het de expert

Daniëlle Horstman is gespecialiseerd kinderdiëtiste. In haar praktijk in Utrecht behandelt ze zo’n 150 kinderen in de leeftijd van 0-18 jaar. Een groot deel van hen heeft te maken met overwicht, maar ze heeft ook regelmatig kinderen die moeite hebben met eten. Ik vraag haar om tips die mijn dochter (en mij, en talloze andere ouders en hun baby’s) kunnen helpen om eten makkelijker (en leuker) te maken.

Diëtiek is maatwerk voor elke moeilijk etende baby of kind

Voordat Daniëlle tips geeft maakt ze eerst heel duidelijk: advies over voeding is voor elk kind anders. “Ik vergelijk wat ik doe soms met een makelaar. Net zoals er voor niemand één ideaal huis is, is er ook geen ideale methode die je standaard kunt voorschrijven om baby’s en kinderen makkelijker te laten eten. Er zijn heel veel verschillende methodes en het is aan de diëtist om te bepalen welke methode geschikt is voor een kind,” aldus Daniëlle.

Wanneer beginnen met vast voedsel?

Ook nog even de vraag wanneer het tijd is om je baby kennis te laten maken met vast voedsel. “Daarover bestaat veel discussie, en men is er nog altijd niet over uit wat precies het beste moment is. De richtlijn om vast voedsel te introduceren is rond de vier maanden. Maar laat je vooral niet opjutten door de druk die de maatschappij – of andere moeders – je daarin op kunnen leggen (‘mijn kindje kan al dat, de jouwe nog niet?’), kinderen ‘moeten’ tegenwoordig veel dingen zo snel mogelijk kunnen.”

“Ik raad ouders aan om goed naar de signalen van je baby te kijken – smakgeluiden, ergens op sabbelen of je baby die jou volgt als jij aan het eten bent. Met dat soort signalen geeft je baby aan dat hij er klaar voor is. Het risico van te vroeg beginnen – lees: als hij er eigenlijk nog niet aan toe is – is dat dit tot frustratie kan leiden, en daardoor tot moeilijker eetgedrag. Kortom: kijk naar je kind en bepaal wat jij denkt dat goed is.” Is er dan geen uiterlijke grens? “Jawel, die ligt bij zes maanden, dan moet je wel uiterlijk beginnen. Tot acht maanden kan je de voeding die je gaat geven echt zien als oefenhapjes! Wennen aan vaste voeding duurt in totaal zes maanden. Daarna worden de hapjes geleidelijk echte maaltijden en vervangen ze de borstvoeding.”

En dan nu… aan tafel!

1. Een oase van rust
Creëer voor elk eetmoment een rustige sfeer. Voordat je gaat eten, bouw een rustmoment in. Geef je baby aandacht – met volop lichamelijk contact, doe een (rustig) spelletje, lees samen een boekje. Vermijd drukte. Hiermee geef je hem een veilig, geborgen gevoel – de ideale omstandigheid om te eten.

2. Eerst het zuur, dan het zoet
Begin in de opbouw met groente, en dus niet met fruit. Fruit is zoet, en daar heeft elk kind sowieso een voorkeur voor. Begin je met zoet, dan is het vanuit daar erg moeilijk een kind te laten wennen aan de bitterheid van groente. Een kind dat begint met groenten en die lekker vindt, leert veel makkelijker en sneller allerlei andere dingen te eten.

3. Mama, wat moet ik hier in vredesnaam mee?
Houd er rekening mee dat het concept ‘eten’ – happen, slikken – voor een baby volkomen nieuw en vreemd is. De hele tijd mocht hij lekkere zoete melk (inderdaad, melk is zoet!) drinken uit een fles, en ineens moet het vreemde dingen van een lepel af eten en verwerken. Een baby heeft aanvankelijk geen idee wat hij daarmee aanmoet. Kinderen die geen borstvoeding, maar flesvoeding krijgen zijn zelfs nóg zoeter gewend. Het kan een hele tijd duren voordat een baby gewend is aan de overgang van zoet naar bitter.

4. Mengen met melk
Een manier om de start makkelijker te maken is door de groenten in het begin te mengen met fles- of borstvoeding. Daardoor proeft hij – naast de groenten – de smaak die hij gewend is. Let op: geen gepureerde groenten door de fles mengen, maar van een lepel af laten eten.

5. Mengen met fruit
Als je fruit aan het scala van voeding toegevoegd hebt en de groenten gaan nog steeds moeizaam, dan kun je een tijdje de groenten met een paar hapjes (zoet) fruit mengen om de smaak iets aantrekkelijker te maken. Zorg dat je de hoeveelheid fruit die je toevoegd geleidelijk aan steeds minder wordt, totdat het uiteindelijk alleen nog maar groenten zijn die je geeft.


6. Gebruik een goede lepel voor groent en fruithapjes
Zorg dat je een babylepel gebruikt die goed bij de mond van je baby past. Daarbij is niet één specifiek merk het beste, maar het gaat er vooral om dat de lepel die je gebruikt niet te diep is (de ‘mond’ van de lepel) en zeker niet te groot. Laat de lepel op de tong en onderlip rusten – dus niet naar binnen ‘duwen’ – dat werkt het best.

7. Geef niet teveel / geen water tussendoor
Baby’s in deze leeftijd hebben maar 750ml vocht nodig. Ervan uitgaande dat ze vier melkvoedingen per dag krijgen, halen ze dit gemiddelde met gemak. Kortom: tussendoor water geven is niet nodig en vult ze onnodig. Daar zit vaak een knelpunt: baby’s op deze leeftijd krijgen vaak al de hele dag door slokjes water, zo niet meer. Als je bedenkt dat één theeglas qua inhoud gelijkstaat aan de maag van je baby, snap je dat ze daarmee al heel snel vol zit (en dus weinig trek heeft in andere dingen). Wanneer een kindje minder flesvoeding gaat krijgen en meer op vaste voeding over gaat is 2-3 keer tussendoor een klein glas water of lauwe thee voldoende.

8. Niet te lang tussen de maaltijden
Laat niet teveel tijd tussen de verschillende maaltijden (inclusief borst- of flesvoedingen) zitten, daarvan daalt de bloedsuikerspiegel behoorlijk. Het gevolg: een baby die moe, hangerig en vervelend wordt. Probeer dan nog maar eens rustig te eten. Probeer de tijd tussen voedingsmomenten tot ongeveer 2 à 2,5 uur te beperken. Voorafgaand aan de groentenhap geef je liever 1,5 tot 2 uur helemaal niets meer, anders zit zijn maag nog (te) vol. Tussen de groentenhap en de laatste fles zit idealiter zo’n 2 à 2,5 uur.

9. Fysieke ondersteuning
Op het moment dat je baby een hap in zijn mond heeft kan het soms helpen zijn onderkaak licht te ondersteunen door je hand eronder te houden. Aaien over zijn wang (als hij een hap in z’n mond heeft) kan ook helpen.

10. Goed voorbeeld doet goed volgen
Hoe gek het er ook uit kan zien, tijdens het eten zelf duidelijk de hap- en slikbeweging voordoen helpt wel degelijk. Zoals gezegd: voor je baby is het allemaal nieuw en onbekend: laat zien hoe het moet.

11. Af en toe lachen mag
Wordt het huilen? Dan is het belangrijk om je baby uit zijn mindset te halen. Leid hem af, zing een liedje, maak hem aan het lachen – of in ieder geval weer kalm – zonder dat je een hele show opvoert. Als hij weer rustig is, pak dan het eten weer op. Slecht eten moet niet beloond worden met entertainment en lachen, maar een baby eten geven die aan het huilen en ontevreden is, lukt zelden.

12. Burgerlijkheid rules
Maak de maaltijd van je kind een integraal deel van je gezinsleven. Daarin hoeft enige burgerlijkheid zeker niet geschuwd te worden: eet op tijd en liefst met elkaar aan tafel.

13. Het oog wil ook wat
Vergeet de ‘decoratie’ en de setting niet. Een leuk tafelkleed of placemat, een gezellig bloemetje op tafel: als de setting een positief en vrolijk gevoel uitstraalt, heeft dat ook een positief effect op de gemoedstoestand van de eter.

14. Morgen nieuwe ronde, nieuwe kansen (en dat bepaal jij)
Als het echt niet gaat, stop er dan mee, klaar. Een kindje heeft af en toe geen trek, er komt een tand door, zit niet lekker in zijn vel – dat kan, het gebeurt jou ook wel eens. Ga dan niet tot in den treure door, maar stop ermee. Voel het niet zo alsof ‘hij gewonnen heeft’, jullie zijn geen tegenstanders in deze ‘wedstrijd’, maar teamgenoten. Met als verschil dat jij altijd de leiding hebt. Daarom kun je op een avond waarop het niet lukt besluiten het erbij te laten, maar morgen bepaal je dat het weer geprobeerd wordt. Blijf het elke avond opnieuw aanbieden, dan leert je baby dat dit een vast en normaal onderdeel van het patroon is.

15. Maak je geen onnodige zorgen
Als het een paar dagen of weken moeizaam gaat, denk dan niet meteen dat er iets mis is. Pas als er drie maanden lang consequent moeilijk gegeten wordt, dan is het tijd om professionele hulp in te schakelen of met je baby langs de huisarts te gaan. Ouders maken zich vaak eerder (en meer) zorgen dan nodig is. Let wel: dit geldt uiteraard alleen als er geen sprake is van bijverschijnselen als diarree, spugen of een groeiachterstand, dan is het verstandiger langs te gaan bij de huisarts. Als je zelf twijfelt of je baby genoeg binnenkrijgt, kun je altijd langs het consultatiebureau gaan om hem te laten wegen.

Rapley methode geschikt voor mijn moeilijk etende baby?

Tot slot vraag ik Daniëlle naar haar ervaring met de zogenaamde Rapley methode, die ervan uitgaat dat een baby zelf de hoeveelheid en het tempo waarin gegeten wordt, bepaalt. Je geeft je baby fingerfood – denk aan ongesneden, grotere stukken groente en fruit – waar hij zelf mee kan ‘spelen’. De gedachte is dat een kind het eten zelf ontdekt en ‘spelenderwijs’ aan het eten slaat.

Volgens Daniëlle is het succes van deze formule (nog) niet bewezen, maar kan het geen kwaad het te proberen. Let alleen wel op dat je baby het eten niet zodanig ver in zijn mond stopt dat het tot kokhalzen komt: ook al is verstikking door het aangeboren kokhalsreflex in feite niet mogelijk – teveel kokhalzen zorgt voor een negatieve associatie van eten. In dat geval is deze methode dus niet heel geschikt.

Wil je meer weten of persoonlijk advies van kinderdiëtiste Daniëlle voor jouw moeilijk etende baby of kind? Ga dan naar de website dietheek.nl of mail naar [email protected].

Heb je geen moeilijk etende baby maar een kleuter in huis? Lees dan even dit artikel.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Iedere zaterdag het beste van Famme in je mailbox

Een goed begin van je weekend met de mooiste verhalen van Famme