Met deze 6 gouden regels kun je een driftbui bij je peuter voorkomen

Opvoeden Patricia van den Broek 23 aug 2022
Leestijd: 5 minuten

We schrijven er regelmatig over: peuters en driftbuien. Wat je moet doen als ze zich van je kind meester maken en ook wat er allemaal door je hoofd schiet, als het gebeurt in de supermarkt. Ik wil in dit artikel niet beweren dat je ze helemaal kunt (of moet) voorkomen, maar met deze 6 gouden regels kun je die driftbuien wel drastisch verminderen.

Kan soms wel eens handig zijn…

Driftbui voorkomen

Mijn dochter van drie is ook maar gewoon een peuter. Dus komt daar soms een driftbui (of twee, of drie) bij kijken. Da’s helemaal prima. Hoort erbij. Maar toch, voorkomen is beter dan genezen. Niet door haar met zijden handschoentjes aan te pakken of haar elke keer haar zin te geven natuurlijk. Uit een aantal boeken over opvoeden haalde ik wat trucjes die bijster goed werken, maar waarbij jij, de ouder, bepaalt. Die trucjes mix je natuurlijk met je eigen gut feeling. Het werkt al vanaf een jaar of twee, als je maar consequent bent. Je peuter blij, jij blij. Dat werk. Lees vooral even mee:

1. Geef je kind verantwoordelijkheid

Hoe klein peuters ook zijn, je kunt ze echt wel leren de consequenties van hun gedrag in te zien. Zo was er bij ons altijd strijd om de televisie. ‘Mammie, mag ik Peppa Big kijken?’ Zei ik nee, dan volgde er een huilbui. Zei ik ja, dan volgde er een driftbui als ‘ie uit moest. Ik werd daar helemaal tureluurs van. Dus stelde ik de volgende regel op: we kijken alleen televisie op vrije dagen (dus als ze niet naar de crèche gaat) en de tv gaat uit, als de wekker gaat. Volgt er een strijd, dan mag er de volgende vrije dag geen televisie gekeken worden. En daar houd ik me ook aan. Als je dat doet, weet je kind de volgende keer wel beter.

Dat klinkt misschien als straffen, maar dat is het niet. Ik leg namelijk de verantwoordelijkheid bij mijn dochter, die vanaf nu precies weet waar ze aan toe is. Ik zweer je, strijd heb ik niet meer gehad, want ze kies eieren voor haar geld. Sterker nog, als de wekker gaat zet ze zelf de televisie uit. Mopperend, dat wel. Meer hey, da’s logisch.

2. Geef een keuze

Keuzes geven, dat is al vaker voorbij gekomen op onze site. Waarop ook wel eens commentaar kwam, zo van: ik bepaal zelf wel wat goed is voor mijn kind. Nou, als je keuzes geeft, dóe je dat ook. Mijn dochter wil graag zelf bepalen, zelf kiezen. Ik houd die schijn op door ‘s ochtends bijvoorbeeld te zeggen: ‘Wil je een boterham met worst of met zuivelspread?’ Op deze manier zeurt ze niet om hagelslag en volgt er geen driftbui als ik zeg dat ze eerst een boterham met hartig moet eten. Werkt ook in de speeltuin: of we gaan meteen naar huis of je mag nog één ding kiezen waar je op wilt, voordat we gaan. Ze kiest altijd het laatste. Zonder strijd. Heel soms kiest ze niet. Dan zeg ik: ‘Ik tel tot vijf en als jij niet kiest, kies ik.’ Moet je dan ook echt doen. En dan kies je natuurlijk het stomste. Heeft vaak een driftbui tot gevolg, maar de keer daarna maken ze de keuze echt wel zelf.

3. Maak er een spelletje van

Natuurlijk heb ik ook wel eens in de supermarkt gestaan met een peuter die uit protest languit op de grond gaat liggen. Maar de laatste keer is lang geleden. Omdat ik van boodschappen doen een spelletje maak. Houd jij de scanner voor me vast? Zie jij waar de bananen liggen? Leg jij alles voor me op de band? (alleen als er geen mega rij achter me staat natuurlijk) Nu ze zelf met zo’n mini-winkelwagen kan rijden, is het helemaal een feest. Ik hoor je denken: daar heb ik toch helemaal geen tijd voor? Maar ik zweer je: dit schéélt je strijd (en dus tijd). Werkt ook bij andere zaken, zoals bijvoorbeeld niet willen slapen (zullen we doen wie het eerst boven is?).

4. Negeer het ‘probleem’

Mijn dochter wil vaak niet naar bed of wil bepalen wíe haar naar bed brengt. Dus als ‘papa’ het doet, zeurt ze om ‘mama’ en andersom. In het ergste geval stort ze zich huilend ter aarde. Willen we niet. Gisteravond was het weer zover en wilde ze niet dat mijn vriend haar naar bed bracht. Ik deed net of ik het niet hoorde, maar zocht snel naar iets waarvan ik weet dat ze erin zou trappen: ‘Heb je papa al laten zien hoe je goed je kan koprollen op bed?’ En weg was ze, zoef, de trap op naar boven. Mijn vriend er knipogend achteraan.

5. Geef je kind voldoende nachtrust

Ik houd me niet als een militair aan een slaapschema, want hey, soms is er gewoon een feestje of iets anders. Maar ik merk wel: als mijn dochter moe is, hoeft ze maar op een draadje te trappen en het is mis. Dus zorg ik wel dat ze bijna elke nacht haar uren pakt. Een uitgerust kind kan gewoon meer hebben dan een moe exemplaar. En dat geldt voor ouders trouwens ook.

6. Choose your battles (nou ja, soms dan)

Dat je in de ochtend-haast zit en je net je kind met veel geharrewar hebt aangekleed, de schoenen hebt aangetrokken en ze dan ineens vraagt om iets lekkers voor op de fiets. Vind ik het eigenlijk te vroeg voor, maar soms denk ik: fok dat, en dan duw ik haar een stuk ontbijtkoek in de hand. Scheelt een driftbui en mij ochtendmigraine.

 

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Iedere zaterdag het beste van Famme in je mailbox

Een goed begin van je weekend met de mooiste verhalen van Famme